Een grote stap vooruit. Vooruit en langzaam verder. Verder dan mijn ogen zien. Zien waarheen het pad gaat. Maar het pad is oneindig. Oneindig de toekomst in. De toekomst is onzeker. Onzeker maar ik zal sturen. Sturen naar een goed… Lees verder →
Drieduizend treden van steen De top is nog ver van mij vandaan. De top, daar wil ik heen. Ik wil naar boven maar sta nog onderaan. Ik bestijg, bewandel, maar ik begin. Ik schreeuw, scheld en vloek. Ik vecht, ik… Lees verder →
Als dromen niet bestaan en wensen uiteindelijk vergaan en waarom dan toch uiteindelijk nog volhouden en doorgaan. Als we rennen en springen vrolijk zijn en zingen maar het stille verdriet wat een ander niet ziet voor ons houden en bedwingen
Ik kijk naar buiten, zittend op een stoel. staren door de ruiten. Gedachtenloos gevoel. Ik betrap en beticht mezelf toch elke keer. Genieten van het maanlicht. Vandaag en morgen weer.
Nog een keer vraag ik jou. Nog een keer die ene vraag. Nog een keer die blik. Nog een keer dat ene moment. Nog een keer staar ik naar jou. Nog een keer tegenover jou staan. Nog een keer die… Lees verder →
Ik staar om me heen, het is wazig en stil. Ik sta hier alleen, Koud en kil. Ik staar en ik kijk, maar ik zie zwart. Bedenk wat ik wil zeggen, oppervlakkig en verward. Ik staar op een punt gericht,… Lees verder →
Ik loop. Ik ren. Ik wandel. Ik vlucht.. …of toch niet. Ik denk. Ik praat. Ik zwijg. Ik schreeuw… …of toch niet. Ik zoek. Ik vind. Ik lach. Ik huil… …of toch niet.
Ik ben vrolijk Opgelucht Blij en voldaan Ik lach Ik leef vandaag ook morgen gisteren genoot ik overmorgen ook Ik geniet volop van het moment van de dag en nacht zolang mogelijk
Je zit daar alleen Weg kwijmend en bibberend van de kou De klok tikt langzaam Nog een paar uur en de zon komt op. Je wilt slapen. Je zit daar te wachten Alle auto’s rijden voorbij Je volgt ze met je… Lees verder →
Ver weg, uit mijn zicht. Maar niet uit mijn gedachten. Ver weg, bij mij vandaan. Maar toch weer dichtbij. Ver weg, hoor ik je stem. Alsof je naast me staat. Ver weg, hoor ik je lachen. Je kijkt maar ziet… Lees verder →
Negen uur en tien minuten. Ik keek nog eens goed naar die fel gekleurde rode cijfers op mijn nieuwe digitale wekker. Ik had het helaas goed gezien en het liefste had ik dat kreng toen al tegen de muur stuk… Lees verder →
Ik kijk zover het zicht toelaat. Zover het oog reikt. Zover de horizon gaat. De zon staat te laag. De maan is al te zien. Maar toch verblindend. Een groene, platte vlakte. Strijkt zich voor me uit. Maar toch kaal en… Lees verder →
Waarheen… Leidt mij deze weg. En vertel, en zeg. Kom ik wil uitleg. Waarheen… Leidt mij deze dag. Een traan, een lach. Wat ik weten mag. Waarheen… Leidt mij deze nacht. Een kussen zo zacht. Toekomst die ik veracht. Waarheen…… Lees verder →
Ik wandel, ik zie, ik eet en ik slaap. Ik schrijf, ik denk, ik lach en ik gaap. Ik praat, ik schreeuw, ik staar en ik kijk. Ik drink, ik snoep, ik twitter en ik bezwijk.
Tijd gaat langzaam, tijd gaat traag. Tel de seconden, maar het blijft vandaag. Acht uur negen, acht uur tien. Wat ik ook doe, die seconde blijf ik zien. Niets te doen, tijd staat stil. Niets om handen, iets doen wat… Lees verder →
© 2021 Slijfer's Gedichten — Ondersteund door WordPress
Thema door Anders Noren — Omhoog ↑